Picture of author.

Jeroen Brouwers (1940–2022)

Forfatter af Sunken Red

101+ Værker 4,393 Medlemmer 87 Anmeldelser 20 Favorited

Om forfatteren

Includes the name: Jeroen Brouwers

Serier

Værker af Jeroen Brouwers

Sunken Red (1981) 553 eksemplarer, 10 anmeldelser
Geheime kamers (2000) 501 eksemplarer, 11 anmeldelser
Datumloze dagen (2007) 263 eksemplarer, 14 anmeldelser
Het hout (2014) 242 eksemplarer, 10 anmeldelser
Cliënt E. Busken (2020) 182 eksemplarer, 7 anmeldelser
Bittere bloemen roman (2011) 179 eksemplarer, 5 anmeldelser
De zondvloed (1988) 147 eksemplarer, 4 anmeldelser
Zonsopgangen boven zee (1977) 117 eksemplarer, 1 anmeldelse
Joris Ockeloen en het wachten : een lotgeval (1967) 111 eksemplarer, 3 anmeldelser
Winterlicht : een vergeetboek (1984) 97 eksemplarer, 1 anmeldelse
Het verzonkene (1979) 75 eksemplarer, 2 anmeldelser
Sire, er zijn geen Belgen (1988) 74 eksemplarer, 1 anmeldelse
Het is niets (1993) 69 eksemplarer, 2 anmeldelser
Zomervlucht (1990) 64 eksemplarer
Zonder trommels en trompetten (1973) 53 eksemplarer
Sisyphus' bakens vloekschrift (2009) 49 eksemplarer, 2 anmeldelser
De Indië-romans (1992) 48 eksemplarer, 1 anmeldelse
Kroniek van een karakter (1992) 44 eksemplarer
Verhalen en levensberichten (1983) 37 eksemplarer
Adolf & Eva & de Dood (1995) 34 eksemplarer, 1 anmeldelse
Vlaamse leeuwen (1994) 33 eksemplarer
Feuilletons 29 eksemplarer
Liefste in de verte 28 eksemplarer, 1 anmeldelse
Restletsels (2012) 25 eksemplarer, 1 anmeldelse
Anaïs Anaïs (1991) 23 eksemplarer
Alles is iets : dagboekbladen en brieven (1998) 22 eksemplarer, 1 anmeldelse
De vervulling : verhalen (1996) 19 eksemplarer
Feuilletons herfst 1996 (1900) 17 eksemplarer, 1 anmeldelse
Alles echt gebeurd (2022) 16 eksemplarer
Onnoemelijk geluk (2013) 16 eksemplarer, 1 anmeldelse
Het leven, de dood verhalen (2003) 15 eksemplarer, 1 anmeldelse
Correspondentie 1980-1986 (2014) 15 eksemplarer, 1 anmeldelse
De spoken van Godfried Bomans (1982) 15 eksemplarer
Klein leed : drie verhalen (1977) 13 eksemplarer
Hij is reeds aan de overzijde : necrologieën van schrijvers (1986) — Komponist; Introduktion — 12 eksemplarer
De rode telefoon (1997) 12 eksemplarer
De jaargetijden (2010) 11 eksemplarer
Alleen voor Vlamingen (1982) 10 eksemplarer
Bde bijna-doodervaring (2011) 10 eksemplarer
Steeds dezelfde zon (1994) 9 eksemplarer
Wie begrijpt ooit wat? (2001) 9 eksemplarer
De wereld van Godfried Bomans (1998) 9 eksemplarer
Gezichten, gestalten (2011) 9 eksemplarer
Over Godfried Bomans (2013) 8 eksemplarer
Twee verwoeste levens (1993) 8 eksemplarer
De nieuwe revisor (1979) 7 eksemplarer
De sprong (1985) 6 eksemplarer
BZZLETIN 98 6 eksemplarer
Het mes op de keel 6 eksemplarer
Al dat papier (1999) 5 eksemplarer, 1 anmeldelse
Louis Couperus 4 eksemplarer
Een nieuw requiem (2009) 4 eksemplarer
Kalenders 2 eksemplarer
Le client E. Busken (2020) 2 eksemplarer
Onnoemelijk geluk 1 eksemplar
Over niks. Over alles — Bidragyder — 1 eksemplar
Werk van Nu 3 1 eksemplar
Das Holz (German Edition) (2016) 1 eksemplar
Es ergo sum 1 eksemplar
Warme herfst 1 eksemplar
Bellen blazen 1 eksemplar
Werk van Nu 4 1 eksemplar

Associated Works

Jakob von Gunten (1909) — Oversætter, nogle udgaver1,270 eksemplarer, 30 anmeldelser
De Nederlandse en Vlaamse literatuur vanaf 1880 in 250 verhalen (2005) — Bidragyder — 75 eksemplarer, 2 anmeldelser
De Nederlandse en Vlaamse literatuur vanaf 1880 in 60 lange verhalen (2006) — Bidragyder — 40 eksemplarer, 2 anmeldelser
Geert van Oorschot (1909-1987) (2005) — Bidragyder — 6 eksemplarer
Rose verhalen van J. Bernlef ... [et al.] (1981) — Bidragyder — 6 eksemplarer
Breekbare dagen — Bidragyder — 5 eksemplarer
De Parelduiker 2007.2: Harry G.M. Prick — Bidragyder — 5 eksemplarer
Het woord is aan de schrijver : interviews (2005) — Bidragyder — 5 eksemplarer
Wat mij het oog doet glinsteren — Bidragyder — 2 eksemplarer
Anton van Duinkerken, 1903-1968 — Bidragyder — 1 eksemplar

Satte nøgleord på

Almen Viden

Medlemmer

Anmeldelser

Bittere bloemen is een roman van Jeroen Brouwers uit 2011 van 285 pagina’s. Het heeft korte hoofdstukken dus u bent er snel doorheen zo u dat wilt. Brouwers pakt een voor hem typisch thema vast zoals het lichamelijk verval, iets dat hij in zijn latere roman Cliënt E. Busken nog veel verder zou uitbenen.

Hier hebben we te maken met Professor Doctor Emeritus Julius Gerhard Marius Hammer. Jongste rechter in de geschiedenis van de vaderlandse jurisprudentie. Hoogleraar volkenrecht in Leiden en Gent. Minister van Justitie gedurende twee ambtstermijnen, Minister van Staat en gevierd publicist van fictie, poëzie en tal van artikelen. Ook Hammer is maar een sterfelijk wezen en op een dag loopt hij in zijn achtertuin door wat sneeuw terug naar zijn huis;

Niet van plan zijn pas te versnellen, vond er op dat moment…midden in zijn hoofd een explosie plaats, plof!, en voelde hij gloed, hitte, vuur door zijn hersens slaan. Opeens kantelde de wereld, de tuin kwam rechtstandig omhoog en klapte tegen hem op.

Hij krijgt een herseninfarct en herstelt daar redelijk van, maar dochter Eva heeft het plan opgevat om een cruise voor hem te boeken op de Carta Mundi voor verder herstel;

Als zij haar bejaarde vader daar nu eens op trakteerde, zei ze hakbijlgezellig.

U begint het boek te lezen als er wordt aangemeerd in de haven van Ajaccio.

Hammer wil dit allemaal niet maar heeft nog even niets te willen dus hij is aan boord en ontmoet daar Pearlene. Zij heeft jaren geleden als leerling bij Hammer in een schrijfcursus gezeten en is nu aan boord als waarzegster, alwaar zij inspeelt op de lichtgelovigheid van haar klanten. Waar zagen we dat eerder?

Hammer herinnert zich ‘Leentje’ zeker nog (‘Wie is Leentje, heet ik zo?’) en is toch blij dat zij hem af en toe wat helpt daar aan boord. Gelukkig draagt zij hem de vernedering niet na die hij haar destijds in de les aandeed, door haar ‘gedichtjes’ met de grond gelijk te maken.

Ook al is hij aan het herstellen op dat schip, helemaal onledig wil hij zich ook niet houden dus hij denkt erover een essaytje te schrijven over het woord ‘eigenlijk’. Dat kunt u wel aan Hammer (lees Brouwers) overlaten;

Eigenlijk drukt uit wat werkelijk, letterlijk, naar waarheid het geval is en tevens iets dat daarmee in strijd is. Als men beweert dat Hammer oud is, maar eigenlijk zogenaamd nog zo jeugdig, is hij dan volgens de werkelijkheid, zoals het letterlijk naar waarheid het geval is, iets anders dan oud?

Uiteraard gaat dat nog even zo door maar niet te lang, want Pearlene weet hem zo ver te krijgen dat hij in Ajaccio bij haar achter op de Vespa klimt. Dat bekomt hem niet heel goed en hij moet zich goed vasthouden terwijl de uitlaatwalmen in zijn gezicht worden geblazen. Het wordt hem wit voor de ogen en zijn gezicht is drijfnat van het zweet;

Die vettige onsmaak in zijn mond, vermengd met de stank in zijn neus, is dat gal, de wrangheid van een heel leven dat uiteindeljik is tegengevallen, eigenlijk. Stinkende smaak van verdorring. Als van verwaarloosde orchideeën. Als van bittere bloemen.

Hammer liep van zijn orchideeënkas naar huis toen hij dat infarct kreeg. Let op het woord ‘eigenlijk’ en het thema van verval dat hij weer laat doorklinken. Als u een beetje goed leest is het weer een knap gecomponeerd verhaal.

Een beetje vreemd is dat hij zich ineens op en Corsicaanse filmset bevindt na dat Vesparitje en wel met Nicole Kidman. Die zag ik dan weer even niet aankomen. Op de set raakt Hammer de weg een beetje kwijt door de cognac, maar ook als hij erachter komt dat Pearlene het met een vriendin houdt, die zag hij dan weer niet aankomen. De flashbacks naar het verleden spelen nog een belangrijke rol. De dood van zijn moeder, het kleine Cranach-schlderijtje dat Eva voor hem ontvreemd uit een museum; Brouwers verweeft alles in zijn verhaal en Hammer is daar het leidend voorwerp van. Hij moet het thema verval tot het bittere einde meemaken.

Hij redt het uiteindelijk terug aan boord. Of dat goed of slecht voor de man uitpakt gaat u dat vooral zelf lezen. De boeken van Brouwers stellen mij zelden teleur en ook dit is weer een prachtverhaal.
… (mere)
 
Markeret
Koen1 | 4 andre anmeldelser | Sep 5, 2024 |
Het circus der eenzaamheid van Jeroen Brouwers is het vierde en laatste deel van de serie Kladboeken. Het is met 196 pagina’s een stuk dunner dan deel drie, Het vliegenboek en wat mij betreft minder boeiend.

Toch is een Brouwersboek nooit verloren tijd en haal ik er altijd wel iets uit. Zo ben ik benieuwd naar Het verkoolde alfabet van Paul de Wispelaere. Dat komt goed uit want die is verschenen in de serie Privé-domein en die verzamel ik zo’n beetje. Vervolgens krijg ik besprekingen van werken van Benno Barnard, Leonard Nolens en Christine D’haen. Geen grote namen alhier en dat moest maar zo blijven lijkt mij. Als ik een plank mis sla, corrigeert u mij dan vooral.

Maar…als Brouwers het over Elsschot gaat hebben ben ik geïnteresseerd. Als Vlaams schrijver moest Elsschot af en toe zoeken naar Nederlandse woorden en hij kreeg daarbij hulp van ene Anna Christina van der Tak. Hij kende haar uit zijn Schiedamse periode en zij was aanjager van zijn debuut, Villa des Roses. Hij droeg het werk ook aan haar op. Curieus is dat Walter, die als zoontje van Alfons de Ridder (Elsschot was zijn schrijversnaam) een luxe-exemplaar van dat debuut naar Anna op de post deed, het vijftig jaar later weer te koop kreeg aangeboden. Overigens bleef de relatie niet zo goed want Anna was er niet over te spreken dat zij figureerde in Elsschot’s boek Kaas.

Nog mooier wordt het als Brouwers los gaat op het boek Het Ridderspoor van Johan Anthierens, waarin de laatste verklaart innig van Elsschot te houden en hem te beschouwen als ‘literaire vader’. Ik ga er eens goed voor zitten;

Het boek is een opeenstapeling van bric-à-brac, verzameld door iemand die van de glans van een koperen punaise zal beweren dat het het licht van een komeet is…En nog wat: toen Anthierens op dinsdag 23 juni 1992 te Antwerpen door de Verdussenstraat slenterde, de straat waar romanpersonage Laarmans woonde, was daar, neen maar, een straatwals bezig met de restauratie van het wegdek, precies zo’n straatwals als voorkomt in Elsschots novelle De leeuwentemmer! Dit alles is van groot gewicht voor de Elsschot-exegese…

Zo voel ik mij weer helemaal thuis bij Brouwers. Hij vindt het werk van Anthierens niets en vraagt zich af waar de definitieve biografie blijft. Deze is inmiddels door Vic van de Reijt geschreven, alleen heb ik Brouwers daar nog niet over gehoord eigenlijk; het zal vast ergens te vinden zijn.

Na deze Elsschot-wetenswaardigheden komt het hoofdstuk dat je wist dat zou komen; over uitgeefster en vroegere werkgever van Brouwers, Angèle Manteau. Gretha Segers heeft namelijk een boek over haar geschreven, Het eigenzinnige leven van Angèle Manteau. Wellicht had ze dat beter niet kunnen doen want het vindt geen genade in de ogen van Brouwers. Hij onderbouwt dit uiteraard want hij zat in het oog van de storm en heeft dus de kennis over Manteau wel paraat.

De onderwerpen gaan een beetje van de hak op de tak. Hoofdstukken over André Baillon en Daniël Robberechts boeiden mij maar matig en een verhaal over Janis Joplin is zelfs een beetje vreemde eend in de bijt.

Maar dan komt het stokpaard van Brouwers de hoek om draven; zelfmoord in de literaire wereld. Het verhaal rondom Adriaan Venema is ronduit intrigerend en was bij mij al een beetje weggezakt. Venema was kunsthandelaar maar ook schrijver. Hij wist dat hij geen groot romancier zou worden en legde zich toe op zijn magnum opus, Schrijvers, uitgevers en hun collaboratie. Vijf delen die behoorlijk bekritiseerd zijn vanwege de vele slordigheden en fouten. Brouwers sprak hem wel eens, maar

Nooit heeft hij adequaat antwoord kunnen geven op de vraag wat hem dreef het oorlogsverleden van kunstenaars, schrijvers, uitgevers tot in de wortels uit te vezelen, niet terugschrikkend voor tendentieusheden, valse betichtingen, aantoonbare onwaarheden, om nog maar te zwijgen van de moraliserende praatjes waarmee hij de zaken nog extra orkestreerde.

Venema was alle kritiek zat en maakte een eind aan zijn leven. Brouwers gaat dieper in op gelijke gevallen. John Kennedy Toole en Alexander Ziegler pleegden ook zelfmoord na kritiek op hun werk. Brouwers is hier in zijn element, want expert op dit gebied, gezien zijn boek over dit onderwerp, De laatste deur. Zijn verhaal over Harry Mulisch en Klaus Mann mag er ook zijn. De zoon van de grote schrijver Thomas Mann zette een soort van familietraditie voort; ook hij benam zich het leven.

Brouwers maakt nog wat zijstapjes naar Adolf Hitler en zijn wegbereider Oswald Spengler en onderhoudt ons over een aantal vriendelijke Duitse seriemoordenaars om er met een knaller uit te gaan. Ik miste hem al; Rudy Kousbroek. Die moest het in Het vliegenboek al ontgelden maar Brouwers is nog niet klaar met hem;

‘Zonder er iets aan te veranderen,’ snottert Kousbroek nu verongelijkt in dat Maagpijn-opstelletje van hem. Zonder dat die Brouwers, dat lijk, ‘het fatsoen’ heeft gehad een en/of ander te ‘herroepen’, zo weeklaagt hij verontwaardigd. In snotteren en weeklagen, daar is hij goed in, Kousbroek. Staat altijd te stampvoeten in zijn eigen waterlanders.

Het ging er altijd pittig aan toe tussen de heren; toch mag ik ze beiden graag lezen. Van Brouwers heb ik nog genoeg boeken liggen, die blijft op gezette tijden gewoon voorbij komen.
… (mere)
 
Markeret
Koen1 | Aug 9, 2024 |
Sinds zijn boek De laatste deur, over zelfmoord door schrijvers in het Nederlandstalig gebied, is Jeroen Brouwers zo’n beetje de literaire expert op dit gebied. Hij zou nog meer boeken over dit onderwerp schrijven en De versierde dood is er één van. Volgens de schrijver is het ‘een dossier over zelfmoordclubs, zelfmoordsekten, Russische roulette en andere zelfmoordspelen, over de veronderstelde invloed van films, rockmuziek en strips op suïcidaal gedrag van jongeren, over de vraag of dieren zelfmoord begaan en over vele andere mysteries rondom de zelfverkozen dood’.

Dit alles binnen een bestek van 200 pagina’s en na lezing vind ik het een beetje een vreemd boek. De laatste deur was een goed doortimmerd boek waar de research van af droop. Brouwers heeft ook boekjes rondom het zelfmoord-thema geschreven als Twee verwoeste levens en De Zwarte Zon of Adolf & Eva & de Dood en die lijken me allemaal wat beter geschreven dan dit boek, hoewel ik de laatste twee nog moet lezen.

We gaan namelijk in een razend tempo door al die onderwerpen heen want ze komen allemaal aan bod. Zelfmoordclubs vinden we terug in de literatuur, zoals bij Robert Louis Stevenson die er zelfs een verhaal over schreef, The Suicide Club. Brouwers haalt wetenschappelijke werken aan over deze clubs en noemt bijvoorbeeld het Selbstmörderbuch van Emil Szittya, waarin over een Parijse ‘Vereniging van vrienden van de zelfmoord’ wordt geschreven met maar liefst twaalf leden. Daar kon je niet zomaar lid van worden. De statuten bepaalden dat ieder lid:

Een man van eer moest zijn;
Een ervaring achter de rug moest hebben van menselijke onrechtvaardigheid
Sedert jaren een onvervulbare zieleleegte moest hebben gevoeld, een onbehagen over alles wat met het leven te maken had.
Vervolgens, we zitten er nu toch lekker in, komen allerhande zelfmoordsekten voorbij, waarbij de bekendste waarschijnlijk de massale zelfmoord was van de People’s Temple-commune in Jonestown, waarbij zo’n 900 mensen omkwamen door het drinken van een giftige drank.

Via de zelfmoordsekten gaan we naar de zelfmoordpacten. De schrijver André Gide baseerde zijn roman De valsemunters deels op zo’n gegeven. Drie leerlingen hadden een ‘pact met de dood’ gesloten en zouden alle drie zelfmoord begaan, in de klas en in het bijzijn van andere leerlingen. Er komen meer voorbeelden voorbij waarbij het beroemde pact tussen aartshertog Rudolf van Oostenrijk en zijn maîtresse Marie von Vetsera dan weer ontbreekt.

Ook over de invloed van films en televisie is wel iets te zeggen. Natuurlijk zijn er wankele geesten die zich laten beïnvloeden maar die waren er in de tijd van Goethe en zijn Werther ook. De aanwijzingen dat Rambo, The Deer Hunter (met de beroemde Russische roulette-scène) of A Clockwork Orange voor golven van geweld hebben gezorgd zijn flinterdun of niet bestaand.

Over Russische roulette gesproken, Brouwers doet zijn best om te achterhalen waar die term vandaan komt en komt niet veel verder dan…Lucky Luke, het album De Grootvorst;

In dit verhaal stelt zijn keizerlijke hoogheid, de Russische grootvorst Leonid, op studiereis door het wilde Westen, in zekere situatie voor om in plaats van te pokeren een spelletje ‘roulette’ te doen.

Dat blijkt om die dodelijke variant van het spel te gaan, vijf jaar voordat het wereldberoemd werd door The Deer Hunter. Ook de popmuziek wordt onder de loep gelegd en in verband met zelfmoord gebracht. Niet zozeer door Brouwers zelf, maar hij schetst het schokkende verhaal van de Sex Pistols-zanger Sid Vicious die zijn vriendin Nancy Spungen vermoordde maar te laf was om de hand aan zichzelf te slaan. Vervolgens zijn er de verhalen van satanische teksten die te horen zouden zijn als platen achterstevoren worden afgespeeld. De jeugd zou er door worden aangezet zelfmoord te plegen en er zijn rechtszaken over gevoerd.

Brouwers zou Brouwers niet zijn als er niet af en toe iemand over de knie ging en in dit boek is dat de psycholoog of, volgens Brouwers, suïcidoloog René Diekstra;

In het Utrechts Nieuwsblad van 26 april 1988 schreef hij een artikeltje, dat in zijn tendentieusheid even helder is als een daarjuist gelapte glazen ruit: ‘Als je regelmatig in kranten of op televisie uitgebreid over zelfmoorden bericht, dan neemt het aantal zelfmoorden toe. Zo eenvoudig ligt dat.’
Dit is inderdaad zo eenvoudig als een glazen ruit helder is, die in geen jaren meer is gelapt.

Nog even door over bizarre uitdagingen door tegen het verkeer in te rijden, zo lang mogelijk voor treinen of auto’s te blijven staan of eenvoudigweg te parachutespringen, te bungee-jumpen of Houdini-acts op te voeren. Het staat soms gelijk aan…precies.

Doen dieren ook aan zelfmoord? U kent vast al die lemmingen wel die en masse over de rand van een klif hun dood tegemoet springen. Zelfmoord? Welnee, daar zijn prima verklaringen voor. Die zwaan dan, die doodstil langs de snelweg staat en niet met zijn ogen knippert als de auto’s rakelings langs hem scheren, om vervolgens rustig op te vliegen en zich morsdood te laten rijden door de grootste vrachtwagen die er is? Zelfmoord? Geen enkele aanwijzing daarvoor.

Het is een wat lange bespreking van een niet zo’n dik boek en er staan nog talloze andere voorbeelden in. Het is aardig om te lezen maar Brouwers kennende had hier veel meer in gezeten, dit lijkt me toch wat snel bij elkaar gesprokkeld.
… (mere)
½
 
Markeret
Koen1 | Aug 9, 2024 |
Ik blijf nog maar even bij Jeroen Brouwers en zijn zelfmoord-essays, want dit boek, Adolf & Eva & de Dood is daar een afgeleide van. Dat zegt Brouwers althans zelf; zijn belangstelling voor Adolf Hitler en zijn vrouw Eva Braun komt voort uit zijn fascinatie voor de suïcidologie en hij wil ooit nog een boek schrijven over het verschijnsel dubbelzelfmoord (zo zei hij in de jaren negentig althans).

Dit boek kan als studie daarvoor dienen en het bevalt mij veel beter dan zijn vorige zelfmoord-boek, De versierde dood. Minder rommelig en uiteindelijk met een opbouw naar het welbekende einde van de dictator en zijn vrouw.

Brouwers begint zijn verhaal in de geboorteplaats van Hitler, in het Oostenrijkse grensstadje Braunau. Daar herinnert niets meer aan Hitler. Zijn geboortehuis staat er nog wel en ironisch genoeg was dat ten tijde van het bezoek van Brouwers een dagverblijf voor zwakbegaafde kinderen. Kinderen waarvoor geen plaats was in Hitler’s ideale samenleving. Brouwers kan het niet laten om vrijuit te speculeren over de betekenis van Braunau voor Hitler;

Zit hem soms daarin de schaamte van Braunau: des Führers voorkeur voor bruin, die hij misschien met de naam van zijn geboortedorp is blijven associëren? ‘Braunau’ zou kunnen worden vertaald als ‘Bruinoord’. Duizenden hebben het bruine Hitleruniform gedragen, de hoofdzetel van de Hitler-Partei te München heette ‘das braune Haus’, er hebben braune Bataillone over de wereld lopen stampen, en er is nog veel meer bruins in het leven en de carrière van Hitler aan te wijzen.

Jawel, zelfs zijn uiteindelijke bruid heette dus Braun, maar niemand heeft dit alles overtuigend aan Braunau kunnen relateren. Hij heeft er maar een paar jaar gewoond overigens.

Een boek van goed 160 pagina’s is natuurlijk geen biografie, het zijn meer bespiegelingen over het leven van Adolf en Eva en met een reuzensprong gaan we naar de auteur van Mein Kampf. Hij geniet enige bekendheid omdat hij heeft vastgezeten na een mislukte staatsgreep en cultiveert zijn naam. Adolf komt natuurlijk van het oostduitse ‘Athalwolf’ en het begrip wolf zal hij zijn leven lang koesteren. Zijn domicilies en hoofdkwartieren droegen namen als Wolfschanze, Werwolf en Wolfsschlucht. Overigens had Hitler bijna Schicklgruber geheten;

Het voorgeslacht van Adolf Hitler is te vergelijken met een pan spaghetti, waarvan de ene sliert met de andere is verstrengeld of verknoopt.

Door die vrij incestueuze toestand heette zijn vader later pas Hitler. Interessant leesvoer in ieder geval en het doet mij uitkijken naar de biografie van Hitler die ik nog in de kast heb staan om te lezen.

Ineens komen we terecht bij de lijffotograaf en vertrouweling van Hitler, Heinrich Hoffmann. Niet voor niets, want hij had een medewerkster waarvan Hitler zeer gecharmeerd raakte, Eva Braun. Door die fotograaf gaat het ineens over het uiterlijk van Hitler. Dat uiterlijk is bekend natuurlijk en ook vaak geregisseerd. Hij moest zo voordelig mogelijk in beeld worden gebracht en daarbij hielp een foto in lederhosen niet echt. Die was verboden door Hitler voor publicatie maar staat afgebeeld in dit boek;

Maar Hitlers mollige blote knieën en…Hitlers marsepeinblanke dijen – het is geen gezicht met dat streuvelgewas onder zijn neus en al helemaal niet met het grimmige ideeëngoed dat door het hakenkruis op zijn bovenarm wordt verzinnebeeld.

Hitler en vrouwen is een verhaal apart. Zijn grote liefde Geli Raubal pleegde zelfmoord. Vaak wordt dat aangegrepen voor het begin of de reden voor zijn meedogenloosheid, maar ook dat blijft speculeren. Hij had meerdere aanbidsters maar bleef Eva Braun trouw. Feit is wel dat alle dames die dicht bij hem kwamen, inclusief Eva, allemaal al dan niet geslaagde zelfmoordpogingen hebben ondernomen (om maar een beetje bij het hoofdonderwerp te blijven).

Toch was er uiteindelijk maar één echte bruid en dat is waar Brouwers naar toe werkt in dit boek. Dat is Duitsland. Of ze worden gelukkig samen, of ze gaan samen ten onder. Dat is niet louter dramatisch verzinsel, Hitler heeft er naar gehandeld. Hij gaf het zogenaamde Nero-bevel, om alle militaire, verkeers-, pers-, industrie- en verzorgingsinstallaties, evenals kapitaalgoederen binnen het rijksgebied waarvan de vijand gebruik zou kunnen maken te vernietigen. Toen Albert Speer bezwaren uitte sprak Hitler;

‘Het is niet nodig rekening te houden met de basisvoorwaarden die het Duitse volk nodig heeft om ook maar op de primitiefste manier verder te leven.’

Een ‘Liebestod’, ogenschijnlijk uitgevoerd samen met Eva Braun, maar uiteindelijk bedoeld voor zijn Duizendjarig Rijk.
… (mere)
 
Markeret
Koen1 | Aug 9, 2024 |

Lister

Hæderspriser

Måske også interessante?

Associated Authors

Statistikker

Værker
101
Also by
11
Medlemmer
4,393
Popularitet
#5,710
Vurdering
½ 3.7
Anmeldelser
87
ISBN
205
Sprog
5
Udvalgt
20

Diagrammer og grafer